WSK wint regiotaxi gemeente Utrecht 2018
Willemsen de Koning heeft een aanbesteding gewonnen voor het uitvoeren van het regiotaxivervoer in Utrecht en de naastgelegen gemeente Maarssen. De gemeente Utrecht had een opdracht daartoe opnieuw aanbesteed, na klachten over de huidige vervoerder De Vier Gewesten, (DVG). DVG is door de gemeente twee keer in gebreke gesteld. WSK gaat vanaf 1 april 2018 rijden.
De uitkomst is gemeld door de provincie Utrecht. Gedeputeerde voor mobiliteit van de provincie Utrecht, Jacqueline Verbeek-Nijhof: “Met Willemsen-de Koning krijgen we een ervaren vervoerder die al in andere Utrechtse gemeenten een betrouwbare partner is gebleken.” Sinds februari 2014 verzorgt Willemsen-de Koning namelijk de regiotaxi in Bunnik, De Bilt, Houten, IJsselstein, Nieuwegein, Vianen en Zeist. De vervoerder verzorgt ook de uitvoering van Regiotaxi Veenweide en is eveneens bekend met het leerlingenvervoer in het gebied.
Om dat te bereiken heeft de gemeente in de aanbesteding de gunningscriteria meer toegespitst op de kwaliteit van het vervoer. Het gaat de gemeente Utrecht vooral om de stiptheid en het terugbrengen van het aantal klachten. Taxichauffeurs moeten wel op basis van overgang van onderneming kunnen overstappen naar de nieuwe ondernemer. 
Willemsen de Koning stak daarbij volgens de gedeputeerde boven de andere leveranciers uit. “Eén vervoerder voor het gehele gebied in en rondom de stad Utrecht biedt voordelen voor de reizigers met de regiotaxi. Zo kunnen ritten adequaat worden ingepland en is capaciteit beschikbaar om in drukke tijden extra taxi’s in te zetten.”
Verder was de provincie tevreden over de overstapmogelijkheid op het reguliere openbaar vervoer. Ook heeft WSK een uitgebreid opleidingsprogramma aan de chauffeurs voor service en informatievoorziening aan de reiziger.
Opmerkelijk is dat ook duurzaamheid bij de aanbesteding voor de regiotaxi flink heeft meegewogen. WSK heeft ook een duurzaam aanbod gedaan. Een deel van wagenpark zal bestaan uit taxi’s die op aardgas rijden.
Bron: Provincie Utrecht, 1 februari 2018