Heijmans en Burgy Bouw gaan Binnenhof verbouwen
Heijmans en Burgy bouw hebben als eerste een samenwerkingsovereenkomst getekend voor de verbouw en renovatie van de gebouwdelen van de Eerste Kamer en de Raad van State. Heijmans wordt, voordat de uitvoering van de renovatie echt begint, onder andere betrokken als adviseur in de fase van het ontwerpproces waarin het definitief ontwerp wordt gemaakt.
Vervolgens wordt Heijmans betrokken bij onderzoeken die in de gebouwen moeten plaatsvinden. Onderzoeken waarbij bijvoorbeeld vloeren of plafonds open gemaakt moeten worden. Deze kunnen plaatsvinden zodra de gebouwen leeg zijn. In de getekende samenwerkingsovereenkomst zijn overkoepelende afspraken vastgelegd over hoe er wordt samengewerkt in alle nog te sluiten contracten.
Marc Unger, projectdirecteur renovatie Binnenhof: ‘Met Heijmans, in combinatie met Burgy, halen we een goede, betrouwbare bouwpartner binnen, die zowel deskundig is in het renoveren van monumentale gebouwen, als die de schaal en de ervaring heeft om een bouwproject met deze omvang goed aan te kunnen. We zijn er trots op dat het ons gelukt is, ondanks de maatregelen rondom het COVID-19 virus, deze overeenkomst te sluiten. We zetten hiermee een belangrijke stap in de voortgang van het project.’
Arthur de Backker, directeur Utilitaire Projecten bij Heijmans: ‘We hebben intensieve dialoogsessies gehouden, met veel aandacht voor hoe we het gaan aanpakken. Dat in het bijzonder geeft mij een goed gevoel over de samenwerking. Heijmans is er trots op dit project te mogen doen.’
Het Binnenhofcomplex wordt in afzonderlijke delen bij aannemers en installateurs ondergebracht. Architecten, adviseurs, aannemers en andere bedrijven krijgen alleen de noodzakelijke informatie over het gedeelte van het Binnenhof waar zij aan werken. Deel 1 betreft de Eerste Kamer en Raad van State, deel 2 de Tweede Kamer en deel 3 het ministerie van Algemene Zaken, de centrale energievoorziening en de Grafelijke Zalen. Er vinden nog gesprekken plaats met bouwbedrijven voor de renovatie van de delen 2 en 3.
Bron: Rijksvastgoedbedrijf 1 mei 2020