Regering: gevolgen open house jeugdzorg niet onomkeerbaar
De regering heeft kamervragen beantwoord over de jeugdzorg in Noord-Holland. De kamerleden wilden weten of de regering bezorgd was dat de toekomst van de instellingen op het spel kan komen te staan als gevolg van de eisen in de aanbesteding en hoe dat nu zit in de rest van het land.
Die antwoorden worden niet beantwoord door de inhoudelijk verantwoordelijke Minister voor Jeugdzorg, specialistische jeugdzorg, de Minister van Volksgezondheid, Zorg en Welzijn, maar van de Minister van Rechtsbescherming, het raadselachtige nieuwe Ministerie dat met ingang van Rutte III in het leven is geroepen. Volgens de Minister is de open house procedure geen aanbesteding. Dat is een interessante stellingname in het open house problematiek, omdat het dan de vraag wordt in hoeverre het wel aan de aanbestedingsregels voldoet.
De Minister vindt de situatie nog steeds omkeerbaar en niemand mag nog conclusies trekken over of de bestaande instellingen niet alsnog op het bod ingaan. Dat die 25 instellingen al hebben gezegd niet op de aanbesteding te reageren, en stellen niet aan hun wettelijke zorgplicht te kunnen voldoen met de voorliggende aanbesteding, is even een weetje, dat er niet bij wordt vermeld. Zie daarvoor eerder in het Noord-Hollands Dagblad op Aanbestedingsnieuws. Kortom alle instellingen hebben aangegeven niet mee te doen aan de aanbesteding maar geen zorg, het kan nog goed komen, door goddelijke interventie of zoiets want het Ministerie doet er helemaal niks aan.
De antwoorden van de Minister Dekker van Rechtsbescherming, komen vooral neer op het afschuiven verantwoordelijkheden naar gemeenten en de VNG en de jeugdhulpaanbieders. Gedecentraliseerd, dus het Ministerie heeft alle hersens uitgezet.Moeten wij wetgeven? Welnee… we moeten helemaal niks. Conclusies? Wacht daar nog maar even mee.
In de 25 gemeenten in Noord-Holland is geen sprake van inkoop van jeugdbescherming via aanbesteding maar van het sluiten van raamovereenkomsten via een zogenaamde «open house» procedure. Een van de kenmerken van een openhouseprocedure is dat aanbieders in beginsel gedurende de hele looptijd van de raamovereenkomst toetreden en hun diensten aanbieden.
Er is dan ook geen sprake van een afgeronde procedure of een niet omkeerbare situatie. Het is dan ook niet juist om nu al conclusies te verbinden aan het feit dat bestaande instellingen nu nog niet zijn ingegaan op het aanbod van de betreffende gemeenten. Instellingen kunnen de komende periode op elk moment nog «instromen».
In antwoord op de vraag wat de Minister gaat doen om de continuïteit te waarborgen, zegt de Minister dat t allemaal zijn verantwoordelijkheid niet is. De Minister is maar een eenvoudige Minister, de verschillende B&W’s zijn verantwoordelijk voor de beschikbaarheid van jeugdzorg en de gemeenten om die te controleren en dan is er nog een ambassadeur die het ontdersteunt. Als Minister kan je daar eigenlijk niets in betekenen, maar wel alle vertrouwen in hebben dat het wel goed komt. De situatie wordt gevolgd.
Of zoals ze zelf zegt:
De colleges van burgemeester en wethouders zijn conform de Jeugdwet verantwoordelijk voor de inkoop en uitvoering van de jeugdbescherming en jeugdreclassering. Zij dienen ervoor te zorgen dat te allen tijde jeugdbescherming en jeugdreclassering in hun gemeente beschikbaar is. We hebben het vertrouwen dat gemeenten en instellingen gezamenlijk hun verantwoordelijkheid nemen om de beschikbaarheid van jeugdbescherming en jeugdreclassering te waarborgen. De gemeenteraden zijn primair verantwoordelijk om de colleges hierop te controleren. De ambassadeur van het programma Zorglandschap Jeugd van VNG/Rijk ondersteunt de betreffende regio´s bij het komen tot een oplossing.
Wij volgen als stelselverantwoordelijke deze ontwikkelingen en houden «vinger aan de pols». In het geval dat de gemeenten en de instellingen er toch gezamenlijk niet uitkomen, waardoor de beschikbaarheid van jeugdbescherming en jeugdreclassering in het gedrang komt, zullen we die stappen zetten die nodig zijn om alsnog de beschikbaarheid te borgen.
We hebben begrepen dat de coördinerend wethouders in de week van 1 oktober overleg voeren met de bestuurders van de betrokken instellingen om tot een oplossing voor de beschikbaarheid van jeugdbescherming en – reclassering per 1 januari 2019 te komen.In Limburg haakten de jeugdinstellingen eveneens af bij een aanbesteding. Wat doet de Minister aan andere regio’s met exact dezelfde problemen? Ook daar blijkt de Minister weer de vinger aan de pols.
Op dit moment zijn ons geen signalen bekend dat in regio’s sprake is van een mislukte aanbesteding. Wij hebben begrepen dat in de regio Limburg één van de bestaande gecertificeerde instellingen onder voorwaarden heeft ingeschreven in de aanbesteding. Ook hier is sprake van een nog lopende procedure. Uiteraard volgen we ook hier de ontwikkelingen en houden we «vinger aan de pols».
Volgens de Jeugdwet mogen gemeenten zelf kiezen of zij inkopen.Volgens een rapport van de RebelGroup is het toch ook mogelijk om het in te kopen, herinnert de Minister. Maar de VNG raadt aan om voor subsidiëring te kiezen. Interessant is dat de VNG juist een aanbesteding voor alle gemeenten voor jeugdzorg had afgebroken, omdat het volgens de VNG helemaal niet kon, jeugdzorg inkopen via een aanbesteding. De letterlijke woorden van de VNG waren “Rechtmatig aanbesteden van specialistische jeugdzorg is niet mogelijk”. Gemeenten moesten het dus zelf maar uitzoeken. Ook weer een weetje dat de Minister niet meneemt in de beantwoording van de kamervragen maar wat wel op Aanbestedingsnieuws te lezen was. Saillant detail: het Ministerie van Jusitie en Veiligheid ondersteunt dat traject financiëel.
Gemeenten kunnen diverse overwegingen hebben om al dan niet voor subsidiering te kiezen. De VNG heeft haar leden geadviseerd om bij de financiering van jeugdbescherming en jeugdreclassering te kiezen voor subsidiering omdat subsidiering al met al de beste waarborgen biedt voor continuïteit. 3 […]
Uit een monitor van de VNG blijkt dat nog niet alle gemeenten gebruikmaken van de subsidie mogelijkheid. Dit was bijvoorbeeld ook nog niet altijd mogelijk omdat gemeenten in een aantal gevallen meerjarige contracten hadden afgesloten. Sommige gemeenten kiezen echter – om hen moverende redenen – toch voor aanbesteding of voor raamovereenkomsten via een openhouseprocedure. De openhouseprocedure is bijvoorbeeld geschikt in het geval cliënten veel keuzevrijheid wordt en kan worden gegund. De VNG zal de komende periode bij de coördinerend wethouders en betrokken gemeenteambtenaren de voordelen van subsidie onder de aandacht brengen. In het najaar start de VNG een traject om gemeenten hierbij te faciliteren. Onderdeel hiervan is ook het stimuleren van meerjarige inkooprelaties en het vormgeven van een goede opdrachtgever-opdrachtnemer-relatie.4 Het Ministerie van Justitie en Veiligheid ondersteunt dit traject financieel.
Een materiële norm is er wel. Uren registreren vindt de Minister niet goed. De gemeenten zijn vrij om dat te eisen maar dat kan volgens de Minister ook anders. Tijdschrijven past niet bij de doelstellingen van de wet om administratieve lasten terug te brengen en de professional meer verantwoordelijkheid te geven.
De gestelde eis van urenregistratie lijkt niet te passen bij deze doelstellingen. Wij zullen dit in onze gesprekken met de gemeenten onder de aandacht brengen. Overigens vinden we een zekere mate van verantwoording niet ongebruikelijk maar daarbij kunnen andere minder belastende methoden gebruikt worden dan tijdschrijven door gezinsvoogden.
Ja maar… ja maar… hoe moeten de inkopers dat nu van te voren weten? Had de Minister daar dan niet iets aan moeten doen? Nou dat wetsvoorstel is nog in de maak. En er is een regeling voor de standaardisering, ook nog in de maak. En met de VNG is een afspraak gemaakt dat alle gemeenten dezelfde sjablonen gebruiken. en er is een schrapsessie bij een jeugdhulpverlener.
Met het wetsvoorstel «Wijziging van de Jeugdwet en de Wet maatschappelijke ondersteuning 2015 en de Zorgverzekeringswet in verband met het handhaven van de mogelijkheid om gemeenten in uitzonderingsgevallen tot samenwerking te verplichten en in verband met het verminderen van uitvoeringslasten» wordt verder een delegatiebepaling ingevoerd om uitvoeringslasten te verminderen. Bij ministeriële regeling worden nu regels gesteld om administratieve processen te standaardiseren. Met de VNG is de afspraak gemaakt dat alle gemeenten gebruikmaken van dezelfde sjablonen voor gegevensuitwisseling of verantwoording. Het betreffende wetsvoorstel is inmiddels aangemeld voor plenaire behandeling door de Tweede Kamer. Om de administratieve lasten verder terug te dringen, loopt er op dit moment een «schrapsessie» rond interne regels bij een grote jeugdhulpaanbieder.
Kortom werd de jeugd maar zo goed beschermd als het recht, want met de rechtsbescherming zit het allemaal wel snor.
Zie ook:
https://www.dirkzwager.nl/kennis/artikelen/open-house-uitzondering-verruimd/
https://www.pianoo.nl/nl/themas/sociaal-domein/verplicht-aanbesteden-van-zorg-het-sociaal-domein
https://www.pianoo.nl/nl/themas/sociaal-domein/aanbestedingsplicht/open-house-als-inkoopmethodiek