Bouwend Nederland “heel bizar antwoord” gemeente Heerlen
Bouwend Nederland laat vandaag in een bericht op zijn site weten dat Heerlen zich “wel heel raar gedraagt”. “Niet alleen ontkende de gemeente de overtredingen, ze spraken in hun brief ook over ‘samenspanning’, welke ze echter niet konden aantonen. Bovendien weigerde de gemeente het gesprek aan te gaan.” Heerlen heeft sinds 16 maart een partijbrede coalitie met Emile Roemer als burgemeester. Het Aanbestedingsinstituut is daarop naar Dagblad de Limburger gestapt voor een interview. De repliek van Heerlen noemt Bouwend Nederland nu een “heel bizar antwoord”.
Heerlen was per brief door Bouwend Nederland bij het Aanbestedingsinstituut (van Bouwend Nederland) op de vingers getikt. Een Brede Maatschappelijke voorziening in Hoensbroek Zuidegelijker had volgens Bouwend Nederland moeten worden aanbesteed. Op de plek van de voormalige Albert Schweitzerschool in Nieuw Lotbroek komt de nieuwe BMV komen, een fusie van 3 scholen, een logopediecentrum en verenigingen.
De bouw van dat project had al in september 2017 moeten aanvangen, maar bij eerdere aanbestedingsprocedures is volgens de gemeente Heerlen nog geen aannemer gevonden. Heerlen berichtte op zijn site
“Er was maar één aannemer die ingeschreven heeft en die kwam ver boven de vastgestelde bouwkosten uit. Vanwege het zeer grote verschil hebben wij in overleg met de school en andere partners besloten deze aanbesteding stop te zetten Daardoor kan de bouw van de Brede Maatschappelijke Voorziening niet in september 2017 starten. We zijn inmiddels een nieuwe weg ingeslagen en bezig met een nieuwe aanbestedingsprocedure.”.
Mededingingsprocedure zonder onderhandeling.
Op die laatste zin richtte zich de klacht van Bouwend Nederland van 28 maart. Heerlen is namelijk na de mislukte aanbesteding met één inschrijver verder gaan onderhandelen (Red AN, zoals ook bij het regeringsvliegtuig, de zogeheten Mededingingsprocedure zonder onderhandeling) Dat kan, maar dan moet er minimaal daar ook een aparte melding van worden gedaan op TenderNed en die heeft het Aanbestedingsinstituut Bouw & Infra niet gevonden.
Volgens Dagblad de Limburger is Heerlen 2 weken geleden een onderhandelingsresultaat gekomen. In hetzelfde artikel van de Limburger noemt Joost Fijneman de handelswijze van Heerlen verkeerd. Fijneman zegt daar: “Als een aanbesteding mislukt, bestaat inderdaad de mogelijkheid over te stappen op een onderhandse procedure, stelt de expert. “Maar daar moeten meerdere partijen aan mee kunnen doen, net als bij een reguliere aanbesteding het geval is. Volgens ons is dat niet gebeurd.” In de brief aan de gemeente Heerlen Laat het Aanbestedingsinstituut Bouw & Infra verder weten: “Uit de informatie die wij hebben ontvangen komt naar voren dat is besloten om aan te besteden op basis van onderhandeling met voorselectie. Kenbaar is gemaakt dat de opdracht wezenlijk is gewijzigd.”
Bestuurlijke procedure
Tegelijkertijd is een raadsvoorstel ingediend op 17 april, voor een aanvullend krediet, onder meer ten behoeve van de bouwkosten ad € 1.976.101,16 ter beschikking te stellen voor de realisatie van BMV Hoensbroek Zuid. Dat blijkt uit onderzoek van Aanbestedingsnieuws.nl. Het raadsvoorstel staat op de agenda van een gemeentelijke commissievergadering voor 16 mei.
Blijkens raadsstukken van vorig jaar heeft de gemeente op verzoek van het lokale CDA een rondje gemaakt langs 5 verschillende aannemers, met de vraag waarom zij niet of niet zoals gewenst hebben ingeschreven. De precieze reden voor het weinige aantal inschrijvingen is niet bekend maar de gemeente liet in september daarover weten. “Wij hebben voor deze aanbesteding gebruik gemaakt van een aanbesteding met voorselectie. Hiervoor hebben zich (slechts) 2 partijen aangemeld. Tijdens de aanbesteding heeft 1 partij zich teruggetrokken omdat die partij bij een eventuele
gunning onvoldoende capaciteit kon vrijmaken.” De gemeente heeft ook niet overvraagd, de bouwkosten zijn extern met de plannen vergeleken.
In oktober 2017 voegt toenmalig wethouder Clemens daar bovendien aan toe dat de aannemers aangeven liever bij het ontwerp betrokken worden, dan dat er een ontwerp wordt aangeleverd.
In grote lijnen waren de resultaten dat 4 van de 5 aannemers niet of nauwelijks voor werken inschrijven via Tenderned (het officiële podium voor openbare
inschrijvingen). Dat kost hun veel tijd en geld en gelet op de huidige marktomstandigheden doen zij vaak 1 op 1 zaken met opdrachtgevers en/of in
beperkte concurrentie waarbij zij weten dat er geen “prijsvechters” in de markt zijn. Bovendien geven de aannemers aan dat zij liever worden meegenomen in het traject van ontwerpen en bestekken maken om zodoende hun expertise in te kunnen zetten in verband met alternatieve bouwmethoden en materialen.
Bron: Bouwend Nederland / Heerlen, 30 april 2018