Aanbestedingsexperts: onderhandse gunning kermissen niet voldoende gemotiveerd – Aanbestedingsnieuws

Aanbestedingsexperts: onderhandse gunning kermissen niet voldoende gemotiveerd

De Commissie van aanbestedingsexperts heeft twee nieuwe uitspraken gepubliceerd. 1 gaat over een onderhandse gunning van kermissen en is van 8 december 2017. De andere is  11 december gepubliceerd en gaat ook over een ondeugdelijke motivering maar dan van een Europese niet-openbare aanbesteding van een sportpark.

Sportpark (425)

De gemeente vond niet dat het desgevraagd een verdere motivering van de afwijzing had hoeven sturen, die verder ging dan alleen het  benoemen van de scores. In een eerdere instantie meldde de gemeente aan de inschrijver, dat dit niet hun bedoeling was. “Het is de bedoeling dat wij uw beslissing motiveren, maar wij hoeven jegens u niet te motiveren waarom wij tot de score(s) van de winnende partij zijn gekomen.”

De Commissie herhaalt in de sportpark uitspraak een al eerder ingenomen standpunt. Een matrix met de scores bekendmaken, zonder enige toelichting op de manier waarop die scores tot stand kwamen is in strijd met het motiveringsbeginsel. Een aanbestedende dienst handelt in strijd met die motiveringsverplichting als hij niet duidelijk maakt wat de kenmerken en voordelen van de inschrijving van de winnende inschrijver zijn.

Het enkele herhalen van een gunningsbeslissing is ook niet een voldoende motivering. `Dat is niet voldoende: beklaagde
diende Y immers ook te informeren over de kenmerken en relatieve voordelen van de inschrijving van X

Kermis (419) 

draaimolen kermis

 

Uit de kermisklacht blijkt echter ook precies wat het probleem is met het motiveren van je keus, zeker wanneer het gaat over een enkelvoudige onderhandse gunning van een gering bedrag. Elke reden die de inkopers aandragen vindt de Commissie van Aanbestedingsexperts subjectief. Dat raakt het aanbestedingsfilosofische bezwaar wat 3a3 Consultancy al eerder stelde. Je kan niet eerlijk kiezen.

De kermis-gemeente motiveerde de afwijzing als volgt:

a. het betreft een ‘specifieke dienst’ in de zin van artikel 2.6a Aw 2012;
b. de geringe waarde van deze opdracht (ruim onder het bedrag van € 143.000) in relatie tot het vigerende drempelbedrag van € 750.000;
c. de transactiekosten van beklaagde en marktpartijen in geval van een aanbestedingsprocedure met meerdere partijen;
d. de goede ervaring die beklaagde heeft met de (huidige) opdrachtnemer X; en
e. het feit dat X niet op enige wijze verbonden is met de exploitatie van kermisattracties (‘onafhankelijkheidsaspect’).

Uit het advies blijkt verder dat de gemeente in een soort juridische kramp schiet. Er is volgens de gemeente geen sprake van strijd met de Gids Proportionaliteit want er staat in de aanbestedingsleidraad dat daar rekening mee is gehouden. Volgens de gemeente hoeven bij sociale diensten zoals deze kermis is, de kleurenbalkjes niet onverkort te worden toegepast, Zie ook de bijbehorende voetnoot.

Met klager is de Commissie van oordeel dat de goede ervaring die beklaagde heeft met X niet als objectief criterium kan worden aangemerkt. Hetzelfde geldt voor het argument dat X niet op enige wijze is verbonden met de exploitatie van kermisattracties. Beklaagde heeft niet gesteld dat X de enige is voor wie dat geldt.

Naast het ‘onafhankelijkheidsaspect’ heeft beklaagde geen aspecten genoemd die verband houden met de kwaliteit van de uitvoering van de opdracht en die zij om die reden heeft betrokken in haar afweging. Daarmee heeft beklaagde onvoldoende onderbouwd dat concurrentiestelling tot ‘hogere transactiekosten’ zou leiden en dat deze niet in verhouding staan tot de geringe waarde van de opdracht.

Evenmin heeft beklaagde toegelicht waarom de aard van de onderhavige ‘specifieke diensten’, de begeleiding en odersteuning van de organisatie van kermissen, en de eventuele bijzondere belangen die daarbij een rol spelen tot een enkelvoudig onderhandse gunning aan X zouden nopen.

Interessant is verder, dat de Commissie zich bij alle klagers bevoegd vindt kennis te nemen van de klacht. Dat houdt in dat niet alleen onderaannemers maar alle ‘onderopdrachtnemers’ van (potentiële) gegadigden of inschrijvers een klacht mogen indienen bij de Commissie. Dat opent de weg voor elke uitzendkracht en thuiszorger, die als gevolg van een aanbesteding wordt ontslagen, een klacht kan indienen bij de Commissie van Aanbestedingsexperts.

Objectieve kennis

Voor aanbestedingsfilosofen is het vooral interessant om te speculeren wat voor redenen om leveranciers af te wijzen dan wel `objectief´ zijn. Dat is toch altijd weer alleen financieel. Om jullie gerust te stellen lieve inkopers, getallen zelf zijn ook niet volledig objectief. Het nadeel is dan weer dat je daarvoor iets van de stelling van Gòdel en de verzamelingenleer moet weten. Als inkoper moet je het gelukkig niet hoeven oplossen. Immanuel Kant was op diezelfde manier op zoek naar zekere kennis en had na 80 jaar ook nog steeds geen ander synthetisch a priori dan `ik ben` en bij Descartes blijft het ergens hangen in `ik denk`.

Volgens mijn objectieve mening is al dat moeilijk doen over subjectiviteit duidelijk vaststelbare onzin. Descartes dacht en kijk aan, hij is niet meer. Redenen zijn naar hun aard niet objectief. Vandaar dat we het redenen noemen en niet feiten. Behalve natuurlijk al onze eigen persoonlijke beweegredenen. Dat zijn gewoon keiharde feiten. Dat het redenen zijn waar je je op baseert, en geen feiten, maakt niet dat je nu ineens niks kan zeggen. Er is heus een onderscheid te maken tussen betere en mindere redenen.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *